Constructie
Door gebruik te maken van vakwerkliggers in combinatie met constructief glas wordt een optimale transparantie van buitenaf en een vrij uitzicht van binnenuit bereikt. De middelste vakwerkligger is de hoofddrager van de brug. Dit maakt het mogelijk om de vrije verdiepingshoogte van de 3e en 4e verdieping gelijk te houden. Het hoogteverschil van de 3e en 4e verdiepingsvloeren tussen de gebouwen is echter verschillend, dit verschil wordt overbrugt door de middelste vakwerkligger te verjongen. Het dak van de brug en de onderste vloer kunnen door deze oplossing uitgevoerd worden met minimale afmetingen.
Het constructieve glas draagt het dak en de vloer en zorgt, dankzij de curve, voor de nodige torsiestijfheid van de slingerende brug. Over het dak van het oogziekenhuis is de brug opgetild zodat de ervaring dat de brug zweeft wordt doorgezet en de brug naadloos aansluit op het bestaande vloerniveau.
Materialisatie
De materialisatie is gericht op een technische uitstraling en speelt met verschillende niveaus van transparantie, scherpte, reflectie, zicht en licht. De constructie bestaat uit grijs gespoten stalen vakwerkliggers. De epoxy vloeren met vloerverwarming dragen bij aan een mooie continuïteit van de golfbeweging. De plafonds en de onderzijde zijn voorzien van translucent doek met bovenverlichting tussen de vakwerken. De constructie wordt hierdoor licht zichtbaar.
De glazen gevels zijn voorzien van een print. Door de onderlinge afstand van de gevels ontstaat een moiré effect. Dit effect wordt zichtbaar wanneer men onder de brug door loopt, wat de brug zeer dynamisch maakt. Ter plaatse van de constructie en ‘borstwering’ wordt de print omgekeerd [minder transparant] toegepast. Op ooghoogte zijn de gevels altijd transparant, zodat tijdens het ontdekken van de brug het eindpunt altijd zichtbaar is. De print wordt als een golvende beweging uitgevoerd, het verzacht hiermee de onderlinge verschillen tussen de gebouwen en geeft de brug zijn eigen identiteit